Probeer in ieder geval te variëren in hoogte. Zorg ervoor dat niet alle hoofden op één lijn zitten (saai!). Laat mensen zitten, liggen of laat ze een bepaalde handeling doen. Maak ook gebruik van je omgeving, bijvoorbeeld van stoelen, muurtjes of een trap. Zo kun je op een slimme manier verschil in hoogte creëren.

De groep hoeft niet altijd van top tot teen erop te staan. Je mag best een keer inzoomen op alleen de hoofden of de bovenlijven. Dat maakt de foto vaak zelfs spontaner.

Vooral personen die niet zo close zijn met elkaar zijn geneigd een bepaalde afstand te houden. Zorg ervoor dat ze zo dicht mogelijk bij elkaar gaan staan. Hoe compacter de foto, hoe duidelijker de gezichten te zien zijn.

Ga op een stoel staan (vooral handig als je een hele grote groep moet fotograferen) of maak speels een foto schuin van onder. Je kunt ook van dichtbij een foto met een extreme groothoek nemen. Dit levert leuke effecten op.

Ga met de groep naar buiten. Ten eerste heb je vaak een betere belichting (probeer echter direct zonlicht te voorkomen). Ten tweede heb je meer keuze in achtergronden. Tot slot heb je meer ruimte, waardoor je meer afstand kan creëren tussen de achtergrond en de groep. Dat maakt de achtergrond minder aanwezig en je kunt het vervagen d.m.v. scherptediepte.

 

Hoe meer foto’s je maakt, hoe groter de kans op een geslaagde foto! De personen zullen daarnaast eerder wennen aan het feit dat ze gefotografeerd worden, waardoor ze zich sneller ontspannen.

Observeer je groep om precies te weten wanneer je de ontspanknop in moet drukken. Elke groep is anders, maar er is altijd dat ene perfecte fotomoment. Neem de tijd daar op te wachten en die te vinden.